Opeens staat alles stil. Het is een vreemde gewaarwording dat van de ene op de andere dag het openbare leven vrijwel tot stilstand is gekomen. Grote bijeenkomsten zijn afgelast, mensen werken zoveel mogelijk thuis, velen zitten in quarantaine. Het zijn ingrijpende maatregelen om de risico’s van doorgaande besmetting zoveel mogelijk te beperken en de situatie qua gezondheidszorg beheersbaar te houden.
Dit alles heeft grote impact, niet alleen voor mensen die zelf ziek worden of mensen in hun naaste omgeving hebben voor wie dit geldt. Het heeft ook gevolgen voor de economie, en voor sommigen van ons ook heel direct voor hun eigen werk. Bedrijven vragen werktijdverkorting aan, sommige zzp’ers zitten van het ene op het andere moment zonder inkomen. De gevolgen zullen voor velen langdurig en zwaar zijn.
Deze crisis zet ons extra stil bij onze kwetsbaarheid. Dat weten we ook wel – het klinkt regelmatig door in de kerkdiensten, ook afgelopen biddag. En toch komt het nu extra binnen: wat zijn wij als mensen klein, kwetsbaar. We maken deel uit van een gebroken wereld, deel uit van een schepping die zucht naar verlossing.
De situatie waarin we terecht zijn gekomen doet denken aan een zware storm. We weten niet hoe lang het duurt en in hoeverre wij ook persoonlijk getroffen zullen worden. Maar in dit alles mogen we verzekerd zijn van de voorbede van Christus. In Mattheüs 14 lezen we dat Christus in gebed is, terwijl zijn leerlingen zich in zware storm bevinden. Maar in zijn gebed is Christus niet op afstand. Hij ziet zijn leerlingen worstelen in de storm, komt naar hen toe, en spreekt de woorden: “Heb goede moed, Ik ben het! Wees niet bevreesd” (Mt. 14:27).
Om ons te laten troosten en bemoedigen door de woorden van Christus, gaan de erediensten zondag door. Zeker, in andere vorm dan we gewend zijn. Maar we houden als kerkelijke gemeente de lofzang gaande. Ook zondag klinken de woorden van God en zullen we bidden voor de wereld. En ook al zullen we elkaar niet ontmoeten in de kerk, het geeft verbondenheid met elkaar om te weten dat velen thuis meeluisteren en meebidden.
Laten we intussen ook heel praktisch zoeken naar verantwoorde wegen om extra aandacht te hebben voor oudere en kwetsbare mensen, die zich eenzamer en angstiger kunnen voelen dan gewoon. Waarom niet eens de telefoon gepakt om zieken of ouderen in de gemeente te bellen om te vragen hoe het met hen gaat? Zijn er misschien mensen in onze buurt die we kunnen helpen door boodschappen voor ze te doen? Zo kan het omzien naar elkaar toch doorgaan.
Tenslotte. De apostel Paulus roept ons op om voorbede te doen voor alle mensen, in het bijzonder voor hen die ons regeren (1 Tim. 2:1-2). Laten we dat ook doen. Bidden voor alle mensen, in het bijzonder voor hen die getroffen zijn door het virus of door het verlies van dierbaren. Bidden voor ons kabinet en andere bestuurders die de nodige maatregelen moeten nemen. Bidden voor allen die zich op medisch terrein inzetten om het virus te bestrijden en om patiënten de nodige zorg te verlenen. Onze God hoort het gebed, van Hem is onze verwachting!
In Christus verbonden,
Ds. Marco Batenburg
Ds. Gerrit Vreugdenhil