(Samenvatting preek zondagmorgen 10 mei, Focusdienst 2 blok 5, thema ‘Koning’, Filippenzen 1: 27 – 2:11)
Toespraak koning
Op 4 mei hield onze koning een indrukwekkende toespraak. Daarin noemde hij de naam van Jules Schelvis, een man van Joodse afkomst die in de oorlog in zeven concentratiekampen heeft gezeten en de oorlog overleefde. De koning had deze man ontmoet en zijn levensverhaal had hem diep geraakt. Ondanks alle verschrikkingen die hij had meegemaakt, stond hij hoopvol in het leven en had hij het vertrouwen in mensen niet verloren. Hij had zijn leven na de oorlog herpakt en er het beste van gemaakt. Voor de koning was deze man een inspirerend voorbeeld. ‘Nu we als land een moeilijke tijd doormaken, door het coronavirus, moeten we de moed niet verliezen, maar samen onze schouders eronder zetten’, aldus de koning. ‘Als Jules Schelvis het kon, kunnen wij het ook.’
Net als Jezus
Van goede voorbeelden kunnen we leren, ons eraan optrekken. In het Bijbelgedeelte van vanmorgen doet Paulus precies wat de koning in zijn toespraak deed. Hij noemt de naam van Iemand die voor hem een voorbeeld is. Iemand die hij persoonlijk heeft ontmoet en van wie hij heel veel heeft geleerd. In vers 5 zegt Paulus: ‘Laat daarom die gezindheid in u zijn, die ook in Christus Jezus was’. Zijn grote voorbeeld is de Heere Jezus! Hij zegt tegen de mensen van Filippi: ‘Jullie moeten het voorbeeld van Jezus volgen. Heb dezelfde gezindheid als Hij. Sta net zo in het leven als Jezus. Ga zo met mensen om als Hij dat deed. Dan maken jullie mij volmaakt gelukkig. Dan ziet de gemeente en deze wereld er veel beter uit.’
Paulus zegt dit omdat er in de gemeente problemen zijn waar hij bezorgd over is. Hij had een bijzondere band met zijn broeders en zusters uit Filippi. Hij dankt God voor hen. Ze leven erg met Paulus mee, nu hij in de gevangenis zit. Er gebeuren mooie dingen in de gemeente. Ze houden van de Heere Jezus. De Geest werkt in hun midden. Ze zien naar elkaar om in een moeilijke tijd. Maar de gemeente is nog jong. Van tijd tot tijd speelt het leven op zoals ze dat hadden voordat ze tot geloof kwamen. Karakters botsen. Mensen gaan op hun strepen staan en maken soms knallende ruzie.
In de gemeente ontbreekt het aan nederigheid. In vers 3 zegt Paulus zegt het zo: ‘Doe niets uit eigenbelang of eigendunk, maar laat in nederigheid de een de ander voortreffelijker achten dan zichzelf.’ Dat betekent: laat jezelf niet gelden ten koste van de ander en denk niet dat jij alles beter kunt dan een ander. Nederigheid is het tegenovergestelde van trots of hoogmoed. Je mag best trots zijn op iets wat je hebt gemaakt of gedaan. (In de kerk spreken we liever over dankbaar zijn, omdat we veel van God hebben gekregen.) Maar het gaat mis als je zo trots bent dat je de ander kleineert als hij of zij iets maakt en als je zegt: ‘Laat mij het maar doen, ik kan het beter.’ Zo’n houding zit natuurlijk heel dicht tegen egoïsme aan. Dan ben je onuitstaanbaar. Mensen die denken alles beter te weten, kunnen maar beter alleen op een eiland leven en het daar helemaal eens zijn met zichzelf.
De ontdekking van Paulus
Waarom is nederig zijn voor ons mensen zo lastig? Waarom moet Paulus de gemeente daartoe aansporen? Omdat wij diep van binnen allemaal onzeker zijn en bevestiging zoeken. Net als Adam en Eva zijn we geschapen om in de tegenwoordigheid van God te leven. Om vertrouwelijk met God om te gaan. God bevestigt ons in onze identiteit. Als we door het geloof met Jezus verbonden zijn, zijn we geliefde kinderen van God. Maar het virus van de zonde is dat we steeds weer bij Hem vandaan gaan, Zijn stem niet horen, Zijn woorden vergeten, de bevestiging van Zijn liefde niet opmerken. Het gevolg is dat we ons leeg en onzeker voelen. Die leegte vullen we met werk, ambitie, respect afdwingen, de snelste of de eerste willen zijn, neerkijken op anderen. Om maar dat onzekere gevoel te sussen. We willen ons zo graag opgemerkt en gezien weten.
De onzekerheid en de houding van trots beschadigde de onderlinge relaties in Filippi en zette de eenheid onder druk. Daarom het appel om nederig te zijn. Maar hoe doe je dat? Hoe leer je dat? De grote ontdekking van Paulus is dat nederigheid een bijproduct is, een vrucht, een gevolg van iets anders. Nederigheid gaat groeien als je de focus verlegt van jezelf naar Jezus. Nederigheid groeit als Jezus steeds meer in het centrum van je leven komt te staan. Zelf was Paulus een streber tot en met, haantje de voorste in alles. Maar toen hij Jezus leerde kennen, begon dat te veranderen. Daarom roept hij de mensen in Filippi toe: kijk naar Jezus. Let op Zijn voorbeeld. Als Paulus over Jezus begint te spreken, raakt hij helemaal in vervoering.
De verzen 6-11 vormen een prachtig lied over Jezus. Hij was in de gestalte van God. Hij deelde in de hemelse heerlijkheid, in de glorie van God. Jezus was bij de Vader helemaal in Zijn element, maar was bereid dat allemaal los te laten. Alles wat Hij had aan status en aanzien heeft Hij opgeven om hier op aarde mens te worden. Dat was de enige weg. Omdat hier op aarde door de zonde relaties waren verstoord: met God, met de mensen en de schepping. Er was verzoening nodig. De verbroken relatie met God moest worden hersteld. Jezus daalde neer om dat te doen. Hij was bereid alles op te geven om hier op aarde een wereld binnen te gaan die Hij van huis uit niet kende: van zonde, ruzie, conflict, trots, hoogmoed eigenbelang.
Deze week vierden we 75 jaar bevrijding. Wie in de Tweede Wereldoorlog in het verzet zat en opgepakt werd, ging onherroepelijk de gevangenis in. Het eerste wat met zo iemand gebeurde – zo ging het ook in de kampen – was dat hij of zij alle eigen kleren moest uittrekken om een gestreept gevangenispak aan te doen. Zo ging het ook met Jezus. Hij moest Zijn koninklijke kleding uitdoen om het plunje van een slaaf aan te trekken. Maar dat maakte Hem niets uit, zo sterk was Zijn vastberadenheid om mensen te redden en verzoening te doen voor hun zonden.
In dit lied zie je de Heiland afdalen, steeds dieper de menselijke ellende in. Als slaaf. Bereid zelfs om Zijn leven te geven. Jezus heeft ons tot het einde liefgehad. En in die weg is Hij door God verhoogd. Paulus is door die liefde overweldigd. Want op weg naar Damascus had hij deze Jezus ontmoet. Hij was de gemeente aan het vervolgen, maar Jezus schonk hem genade en heeft Paulus in dienst genomen. Dat heeft het leven van Paulus veranderd. Daarom spoort hij de gemeente in Filippi aan om naar Jezus te kijken en Zijn ontferming voor eigenwijze en trotse mensen te proeven. Wij moeten dat ook doen! Hoe meer Jezus in het middelpunt van je leven komt te staan, hoe meer je gaat veranderen. Daar zorgt de Geest voor. Hij moet wassen, ik moet minder worden. Nederigheid is een bijproduct van onze gerichtheid op de Heere Jezus.
Is uw/jouw hart vol van de Heere Jezus? De enige manier waarop wij worden zoals God ons heeft bedoeld, is door ons hart met Zijn liefde te laten vervullen. Door over Hem te lezen, van Hem te leren en met Hem te spreken. Als Hij geen centrale plek in je leven inneemt, kan dat vandaag nog. Door je knieën te buigen, je leven voor God open te leggen en te vragen of Jezus de hoofdbewoner van je hart wil zijn. Hij wil niets liever, maar wacht tot wij het Hem vragen.
Jezus is meer dan een voorbeeld
Maar Jezus is toch meer dan een voorbeeld? Ja, we moeten altijd met twee woorden spreken. Verzoening en navolging. Op Zijn weg naar het kruis kunnen wij Hem niet navolgen. De verzoening van onze zonden is Zijn unieke heilswerk. Dat heeft Hij zonder ons voor ons gedaan. Maar dat andere is ook waar. Jezus heeft ons ook voorgedaan hoe een leven naar Gods wil eruitziet. De apostel Petrus zegt in een van zijn brieven: Jezus heeft ons een voorbeeld nagelaten, opdat wij in Zijn voetstappen zouden wandelen.
Een voorbeeld kan helpen. Bij een dik pak sneeuw in de winter kun jij je voeten zetten in de grote voetstappen van je opa. Hij baant de weg, jij volgt hem. Zo is het ook met de navolging van Jezus. Je kunt Hem volgen omdat Hij de weg gebaand heeft. Wij mogen in Zijn spoor gaan. En de Heilige Geest zal ons daarbij helpen. We hoeven het niet in eigen kracht te doen.
Zo komt het woord van God naar ons toe. Laat de gezindheid van Jezus in ons zijn. De gezindheid van de Koning die dient, die van de troon afkwam, die voeten wast, die de minste wilde zijn. In dat spoor zijn wij geroepen te gaan.
En dus …
Wat betekent dat voor komende week? Misschien wel dit: dat je iemand gaat bellen die je al lang niet hebt gezien, dat je alerter bent op wat er bij je vrienden speelt, dat je even de tijd neemt voor je personeel om te vragen hoe het echt gaat, dat je even iets voor je buren doet. Ook binnen de kerk: bij alles wat we bespreken of doen in je achterhoofd die ene vraag houden: wat is hierin de gezindheid van Jezus. Waar zou Hij blij mee zijn? Vergroot dit de eer van God? Is het tot zegen van de gemeente? Zo’n houding komt ons niet aanwaaien. Maar is een bijproduct, vrucht van een focus op Jezus. Mag ik daar met u en jou om bidden?
Gebed
Heere, wij zeggen U dank voor de Heere Jezus, voor de weg naar U die Hij gebaand heeft en voor de uitnodiging om in Zijn spoor te gaan. Wij danken U dat nederigheid een vrucht is als wij ons richten op Uw Zoon. Werk door Uw Geest in onze harten. Verbind ons voor het eerst of opnieuw aan de Heere Jezus. Steeds hechter, steeds dieper. Laat de vrucht van nederigheid, de minste willen zijn, en van dienende liefde steeds meer groeien in onze levens, tot eer van U en tot zegen voor de mensen om ons heen. In Jezus’ naam. Amen.
Voor de volledige preek, zie:
https://www.gcvreugdenhil.nl/preek/het-voorbeeld-van-jezus-de-koning-die-dient/